Want waar anders was de
waarheid
dan in de plaatsen waar we
woonden en waar
jouw ziel nog rondwaart
Zo beschreven bestaat er
geen verschil tussen
liefde en verlies
of hoogstens
leegte die waardevol
en dierbaar is
Passant
Hoe we straalden als we elkaar zagen
giechelden om alles, huilden
als vriendjes ons dumpten, door de
slappe lach van de bank gleden
Wanneer wilden we niet meer dezelfde
lippenstift, sijpelde twijfel in stiltes, werden
omhelzingen onhandig deelden we verdriet niet meer?
Vergaten we verjaardagen, wurmden
leugentjes zich in waarheden glipten
schimpscheuten tussen woorden?
Mijn ogen herkennen dierbare
contouren voor me in de rij mijn
hart danst mijn mond roept je naam
je ogen worden groot
je loopt weg
lang kijk ik je na
Zee
Het duurde even voor ik het door had. In zeemodus banjerde ik langs het strand: hoofd in de wind, zon op mijn lijf, voeten door de golven.
Maar de wind draaide mee met mijn muizenissen waardoor ze als een boemerang terugwaaiden mijn hoofd in.
De kwallen die mij kwelden,gooide ik ver in zee. De branding spoelde ze meteen weer terug voor mijn voeten.
Toen ik mijn horizon wilde verbreden, trok de hemel dicht. De mist boven zee was net zo ondoordringbaar als de mist in mijn hoofd.
Nee, de zee had haar dag niet vandaag.
Verhalend vergezicht
Een vergezicht vertelt langdradige verhalen
als een wijd gesponnen web
van torenspits tot boomtop
van lage daken naar vage verten
Verhalen over druilerige dagen
vervuld van heimwee
naar een horizon die daagde
maar steeds opnieuw vervaagde
over hunkeren
naar liever lichter leven
naar oud verdriet vergeven
Tot een stormwind opsteekt
het wolkendek openbreekt
en alle verhalen
verdampen in zonnestralen